De kracht van groen voor gezondheid en welzijn’

Steeds meer onderzoeken wijzen de positieve effecten van groen op de gezondheid uit. Op de site groene-agenda.nl wordt o.a. het volgende gepubliceerd over de effecten van groen op gezondheid en welzijn, onder andere naar aanleiding van onderzoeken die de WUR (Wageningen University & Research)* heeft uitgevoerd:

  • Een groene omgeving is rustgevender dan een bebouwde omgeving: mensen herstellen er sneller van stress, het concentratievermogen herstelt sneller en de gemoedstoestand wordt positiever.
  • Mensen die in een groene leefomgeving wonen, zijn gezonder en meer ontspannen.
  • Mensen die in een woonomgeving wonen met veel groen (90% in een straal van 1 km om het huis) voelen zich niet alleen gezonder, maar blijken ook minder vaak de huisarts te bezoeken. Vooral angststoornissen en depressies komen minder voor. Ook voor aandoeningen aan luchtwegen, diabetes, hoge bloeddruk, hartklachten etc. geldt dat.

In weinig groene woonomgevingen komen 33% meer mensen bij de huisarts met depressieve klachten, dan in heel groene woonomgevingen.

  • Zelfs zonder actieve beweging geeft groen in de leefomgeving al significante verbeteringen in het algehele welzijn. 
  • Kinderen met ADHD kunnen zich na een wandeling in een stadspark beter concentreren dan na een even lange wandeling door een woonbuurt of het stadscentrum. Een groene omgeving in de wijk leidt tot ca. 10% minder voorschrijving van ADHD-medicijnen aan kinderen (geldt niet in ‘dure’ wijken).
  • Meer groen in de woonomgeving gaat samen met een lagere kans op stressgerelateerde aandoeningen, zoals hart- en vaatziekten, depressies en angststoornissen.
  • Alleen al zicht op (veel en gevarieerd) groen vanuit de woning gaat gepaard met een lager niveau van het stresshormoon cortisol en een hoger gevoel van welzijn.
  • Vooral bevolkingssegmenten die niet in staat of genegen zijn om natuur verder van huis op te zoeken, profiteren van groen dicht bij huis: kinderen, ouderen en groepen met een lage sociaaleconomische status.
  • Mensen die naar een groenere woonomgeving verhuisden, hebben na de verhuizing langdurig een betere mentale gezondheid.
  • Lokale aanwezigheid van groen en water draagt bij aan een lagere kans op de ontwikkeling van angststoornissen.
  • Een groene omgeving leidt af van pijn en stress en helpt bij herstellen.
  • Mensen die een operatie of een ziekte hebben gehad, herstellen sneller en meer ontspannen in een groene omgeving of met groen uitzicht.
  • Groen houdt mensen gezond. Groen rondom kantoren stimuleert tot bewegen, omdat het uitnodigt in de lunchpauze een stuk buiten te wandelen.
  • Kinderen in groene wijken spelen vaker buiten dan kinderen uit niet-groene wijken.
  • Mensen met meer (buurt)groen in hun woonomgeving voelen zich minder eenzaam en ervaren minder vaak een tekort aan sociale steun.

*  bronnen: Groene-agenda.nl; https://edepot.wur.nl/51521; https://edepot.wur.nl/419251; https://edepot.wur.nl/412090; https://edepot.wur.nl/167184; https://edepot.wur.nl/218826

IVN, Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid, benoemt in haar Factsheet Natuur en Gezondheid**  nog een aantal andere onderzoeksresultaten:

  • Een bezoek aan of het kijken naar de natuur leidt tot een vermindering van pijn en negatieve emoties zoals boosheid, vermoeidheid en somberheid en tot een toename van positieve gevoelens en energie (Bowler e.a., 2010; Velarde, Fry, & Tveit, 2007).
  • Nederlandse studenten die somber, gespannen en kwaad waren geworden door enge filmbeelden raakten hun negatieve gevoelens volledig kwijt na het bekijken van een korte video van een wandeling over een bospad. Dit terwijl studenten, die keken naar een video van een wandeling door een rustige straat in Utrecht, na afloop nog steeds verhoogde negatieve gevoelens hadden (Van den Berg, Koole, & Van der Wulp, 2003).
  • Niet alleen natuurbeelden, maar ook natuurgeluiden hebben een positief effect op de stemming van gestreste proefpersonen (Goossen, Van WinsumWestra, & Van der Wulp, 2007).
  • Contact met de natuur (visueel en fysiek) heeft met name een gunstige invloed op ‘hogere’ cognitieve functies die bijvoorbeeld nodig zijn om te plannen, problemen op te lossen en impulsen te beheersen (Berman, Jonides, & Kaplan, 2008; Bratman, Hamilton, & Daily, 2012).
  • Nederlandse studenten kunnen meer goede associaties bedenken en zijn dus creatiever in een kamer met een of meer planten dan in een kamer zonder planten (Klein Hesselink e.a., 2007).